zondag 11 april 2010

Paniek

Soms word ik wakker, midden in de nacht. Ik weet dan niet of ik er even een uurtje uit zal gaan om even de bloedsomloop weer even te laten omlopen, of dat ik rusteloos zal blijven draaien en nog een stukje lezen, in de hoop dat de slaap weer terugkomt. Als de gedachte aan mijn vader opkomt, die 24/7 vastgebonden ligt, geen boek voorhanden heeft, niet weet waar het lichtknopje zit, geen tv op zijn kamer, de nachten die hetzelfde zijn als de dagen, zijn drang tot doen niet kwijt kan, getemd is door medicijnen, en alleen maar rusteloos kan woelen voorzover de onrustband dat toelaat... dan slaat de paniek toe. Stel dat ze dat mij ooit aandoen?
Toen hij nog in het verzorgingshuis woonde en een eigen telefoon had, belde hij elke dag iemand en vaak één van de kinderen. Toen hij een halfjaar daarvoor zelfstandig woonde, ging hij om een uur of half elf naar bed en werd om een uur of 4 of 5 wakker. Van oude mensen is het bekend dat ze niet veel slaap meer nodig hebben. Hij wilde graag naar EO-programma's kijken op tv; voor de rest maalde hij er niet om. Wel had hij vaak de regionale radio aan omdat lokale politiek hem altijd al geinteresseerd heeft.
Vanaf de dag van opname is het raak. Hij heeft geen telefoon meer en kan dus zelf geen contacten onderhouden. De afdeling wordt vanaf 19.30 uur schoongeveegd, en pas nadat de ochtendploeg is gearriveerd worden de mensen weer uit bed gehaald. Hoewel er totaal niets te doen is in de huiskamer, is de tv overdag permanent uit. Radio is al helemaal niet aan. Als er al iets van externe prikkels is, dan is het een cd-tje met soms muziek waar mijn vader van houdt, en vaak muziek voor een ander maar waar hij een hekel aan heeft.
Een eigen kamer had hij niet; het is een huis dat nog steeds 4-persoons-slaapzalen had. Dus geen eigen stoel, geen eigen wat dan ook, behalve eigen kleding die in de kast ligt achter slot, en foto's van de kinderen op een prikbord boven zijn bed. Bewoners kijken dus altijd naar de foto's van de bewoner aan de overkant van de slaapzaal.
Privacy is nergens. Wat moet je anders doen dan overdag je ogen sluiten? Dat is de enige manier om nog wat priveruimte te hebben. Andere privacy is er niet. 's Nachts in de slaapzaal met z'n allen, overdag in de huiskamer. Groepsactiviteiten in een andere ruimte die mijn vader niet aanspraken. Natuurlijk ontwikkelde vader loopdrang. Gang op, gang af, gang op, gang af, want de tuin- en de afdelingsdeuren waren altijd op slot. In die tijd nam ik hem zoveel mogelijk mee voor autoritjes. Hij genoot daar geweldig van. De drang tot bewegen werd overgenomen door de auto en dat kalmeerde hem zichtbaar. Maar ja, dat was een paar uur per week, en de rest van de week was lang. Dus gaven ze hem haldol.

Toen mijn vader in het verzorgingshuis te horen kreeg dat hij naar een verpleeghuis moest, was hij totaal in paniek.
Daar kan ik, nu ik zelf erachter ben hoe beroerd de zorg voor dementerenden is, helemaal inkomen.
Sterker nog: het idee dat alles van me wordt afgepakt, dat ik totaal gestript word van alle menswaardigheid, dat zelfs de controle over mijn eigen geest in handen is van een 'arts', dat alles wat je tot individu maakt van je afgenomen wordt en je voortaan een onbetekenend element binnen een anoniem zorgstelsel bent ... het is een horrorscenario.